Inderdaad, hele kleine verschillen (productie toleranties) stel je domweg bij door het mengsel.
Het ontstekingspunt van een motor met gloeiplug ligt NIET vast.... het "zweeft" een beetje, en het kan bij constant volgas wel een graad of 5 heen en weer gaan.
Het enige wat "vast" ligt, is de waarde van "waar hij eigenlijk hóórt te ontsteken". Ik denk dat jij DIE waarde bedoelt....
Die gedachte moet je zo snel mogelijk loslaten, want je zet jezelf er mee op het verkeerde been: de theoretische waarde ligt vast, de realiteit is dat hij all over the place is.
M.a.w. als je een motor afgesteld hebt op wat je denkt dat ideaal is, kan de boel door meerdere factoren van buitenaf, nog steeds aan de haal gaan, en dan ga je de mist in met eventuele diagnostiek.
Ook de rol van een gloeiplug moet je NIET onderschatten: het ding is net zo onmisbaar als een bougie in een benzinemotor of een injector in een diesel.
EDIT: Hier moet even een nuance bij: een diesel ontsteekt op compressie (het heet worden van lucht door een snelle samenpersing), een gloeiplugmotor ontsteekt echter grotendeels op druk (gewoon het feit dat de druk in de cylinder boven een bepaalde waarde ligt, ongeacht de temperatuur), en dat is een redelijk significant verschil....
Wat ik bedoel met "het principe functioneert vanwege die overmaat" is dat als je de compressieverhouding gaat verlagen, de motor theoretisch schraler afgesteld kan worden.
Plug en mengsel zijn echter niet de ENIGE factoren: motortemperatuur heeft er ook een heel kleine invloed op.
Een vroegere ontsteking zal de motor heter laten worden, en een latere ontsteking kouder, MAAR een hetere motor ontsteekt vroeger en een koudere motor later, dus die twee versterken elkaar. Er gaat geen "zelfstabiliserende werking" van uit.
Ga je nu de compressieverhouding verlagen om met minder brandstofovermaat te draaien, dan word helaas de invloed van motortemperatuur groter, relatief in de "mix van invloeden".
Dit volgt uit het feit dat er minder massa in de cylindervulling zit, en de temperatuuroverdracht van cylinderwand naar mengsel dus een grotere temperatuursverandering met zich mee brengt. Ook is er minder vloeistof die kan verdampen, en verdamping absorbeert nu eenmaal heel veel warmte zonder de temperatuur te laten stijgen.
Ergo: bij een armer mengsel heeft de motortemperatuur een grotere invloed, dan bij een rijker mengsel.
Ofwel, op het moment dat je de compressieverhouding zo ver verlaagt, dat je min of meer stochiometrisch draait, krijgt de invloed van de motortemperatuur de overhand, en een hele kleine verschuiving van het tijdstip (bijvoorbeeld vanuit een duikvlucht in een klim overgaan) leid dan tot een zichzelf versterkende cirkel van "hetere motor=>vroegere ontsteking=>NOG hetere motor=>NOG vroegere ontsteking"....
En DAARVOOR dient die overmaat, om te zorgen dat de invloed van motortemperatuur onderdrukt wordt, en de motor stabiel blijft.
Probeer het maar met een motor die voor 30% Nitro ontworpen is, om hem op 0% te laten draaien... hij draait wel, maar zal uiterst kritisch zijn op de naalden op de grond, en in de lucht hoogstwaarschijnlijk erg onbetrouwbaar zijn, met een heel vervelende neiging tot heet lopen.
Men zegt vaak "de Nitro dient voor de koeling" maar dat is dus niet zo.... de Nitro dient om het mengsel zodanig rijk te krijgen, dat je een stabiel ontstekende motor krijgt.
Je zou óók kunnen stellen dat je de Nitro gebruikt om het vermogen te verhogen, en de compressieverhouding aanpast om detonatie te voorkomen.
Beide uitspraken kloppen, het hangt puur af van of je het probleem van links of van rechts benadert....